Hoogleraar vasculaire neurochirurgie:
“Nieuwe techniek scheelt al gauw twee uur opereren”
De leerstoel was even vacant, maar sinds deze maand is Bart van der Zwan hoogleraar vasculaire neurochirurgie. Hij gaat zich aan de ene kant inzetten voor technische ontwikkelingen waardoor operaties minder ingrijpend worden en aan de andere kant op meer samenwerking tussen verschillende specialisten. Niet alleen in het UMC Utrecht, maar ook nationaal en internationaal. “Door het opzetten en onderhouden van goede netwerken kunnen we veel meer van elkaars kennis profiteren.”
Van der Zwan is geen nieuwkomer in het UMC Utrecht. “Nee, eigenlijk ben ik een plakker”, stelt hij lachend vast. Hij studeerde in Utrecht, is er gepromoveerd, volgde de opleiding tot neurochirurg en – na een uitstapje in enkele andere ziekenhuizen – werkt hij hier sinds 1996 als vasculair neurochirurg.
Hij heeft dan ook alle ontwikkelingen in zijn vakgebied op de voet kunnen volgen. De belangrijkste: “de aneurysma’s die wij behandelen worden steeds ingewikkelder”. Een aneurysma is een uitstulping in de slagader. Als die in de hersenslagader zit en knapt is er sprake van een hersenbloeding. De meeste patiënten die voor een aneurysma worden behandeld, komen tegenwoordig bij de neuro-radioloog terecht die de coiling-techniek toepast. Hierbij vult de radioloog met een katheter via de lies, het aneurysma met dunne draadjes. Op die manier stroomt het bloed niet meer door maar langs het aneurysma door de slagader en stolt het aneurysma meestal dicht. In het UMCU ondergaat ongeveer zeventig procent van de patiënten met een gebloed aneurysmazo’n coiling. “Wij opereren alleen patiënten met meeringewikkelde aneurysma’s.”
En ook voor die ingewikkelde aneurysma’s raken de technieken steeds verfijnder. Zo werkt Van der Zwan al enige tijd aan de optimalisatie van de Elana-techniek. Met deze in het UMC Utrecht ontwikkelde techniek is het al jaren mogelijk om een bypass in de hersenen te maken, zonder de bloedsomloop te onderbreken. Dat laatste is essentieel in de hersenen. Bij deze techniek wordt een ringetje op een bloedvat gehecht. “Nu zijn we bezig met een variant waarbij het ringetje min of meer op het bloedvat wordt vastgeklikt. Dit maakt het hechten overbodig, wat al gauw twee uur opereren scheelt. Na veel onderzoek en ontwikkeling loopt er nu een studie waarin we deze techniek – Selana - in patiënten testen.”
Een ander onderzoek dat Van der Zwan wil starten is in hoeverre patiënten met een afgesloten halsslagader baat hebben bij een bypass. Nu krijgen deze mensen meestal geen neurochirurgische behandeling omdat een van de andere slagaderen de bloedvoorziening van de hersenen vaak overneemt. Een trial van zeven jaar geleden liet zien dat niet behandelen betere resultaten oplevert dan een bypass. Van der Zwan twijfelt er aan of dat voor alle patiënten geldt. “Op de eerste plaats zijn er wat kanttekeningen bij dat onderzoek te zetten en op de tweede plaats kom ik in de praktijk mensen tegen die meerdere tia’s per dag hebben. Hun bloedvoorziening schiet duidelijk te kort. Ik denk dat zij wel baat hebben bij een bypass. In dit onderzoek wil ik onder meer met nieuwe beeldvormende technieken de bloedvoorziening van de hersenen van deze patiënten in beeld brengen. Als de andere slagaderen de bloedvoorziening inderdaad goed overnemen is behandelen niet nodig. Maar wanneer de bloedvoorziening zichtbaar tekort schiet, moeten we misschien adviseren wel te behandelen.”
Een laatste plan van de nieuwe hoogleraar in de nabije toekomst is het verder versterken van de samenwerking met andere specialisten. “Niet alleen in het UMC Utrecht, maar ook nationaal en internationaal.” Hiervoor is hij lid en voorzitter van verschillende nationale en internationale commissies. “Nog niet zo lang geleden bevochten neurologen, neurochirurgen en vasculair neurochirurgen elkaar min of meer over wat tot wiens terrein behoorde. Nu zijn we steeds vaker zo ver dat we onze kennis delen, met elkaar discussiëren of patiënten bespreken. We moeten van elkaars kennis profiteren om zo voor iedere patiënt tot de beste behandeling te komen.’